Introductie van vergunningvereiste voor Nederlandse cryptomarkt | 2 min

In de zomer van 2018 heeft de Europese wetgever overeenstemming bereikt over de 5e Anti-Witwas Richtlijn (Richtlijn 2018/843 – 5e AML Richtlijn). EU lidstaten moeten deze richtlijn op 10 januari 2020 geïmplementeerd hebben in nationale wetgeving. Zie ook onze eerdere nieuwsbrieven over de 5e AML Richtlijn hier (algemene informatie) en hier (focus op crypto’s).

Op 11 december 2018 publiceerde de Nederlandse wetgever ter consultatie een ontwerp wetvoorstel om de 5e AML Richtlijn te implementeren (https://www.internetconsultatie.nl/wijzigingamld4). Marktpartijen hebben tot 15 januari 2019 om hun zienswijze in te dienen.

Introductie vergunningvereiste
Een onderdeel van het concept wetsvoorstel valt op omdat het naar verwachting een grote impact zal hebben op de Nederlandse crypto markt. De 5e AML Richtlijn introduceert de verplichting voor ‘aanbieders die zich bezighouden met diensten voor het wisselen tussen virtuele valuta en fiduciaire valuta’ (crypto exchanges) en aanbieders van bewaarportemonnees (crypto wallet aanbieders) om de anti-witwas maatregelen waarin de anti-witwasrichtlijnen voorzien na te leven. In aanvulling daarop schrijft de 5e AML Richtlijn voor dat deze aanbieders zich moeten registeren bij de bevoegde financiële toezichthouders. Echter, in het concept wetsvoorstel waardeert de Nederlandse wetgever dit registratievereiste op naar een vergunningvereiste. Kort gezegd, om toegang te krijgen tot de Nederlandse markt, zullen aanbieders van crypto exchanges en crypto wallet aanbieders een vergunning moeten aanvragen bij De Nederlandse Bank (DNB) als dit concept wetsvoorstel in zijn huidige vorm zal worden aangenomen. Het vergunningvereiste zal van toepassing zijn op partijen die crypto exchanges en crypto wallet (willen gaan) aanbieden in Nederland, en geldt dus ook voor grensoverschrijdende dienstverlening.

Reikwijdte vergunningvereiste
De toelichting bij het concept voorstel verduidelijkt dat de voorwaarden die aan een dergelijke vergunning worden gesteld zich beperken tot het waarborgen van de naleving van de verplichtingen uit de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Dus wanneer DNB een vergunningaanvraag beoordeelt, zal zij daarbij alleen toetsen of de aanbieder van een crypto exchange of crypto wallets voldoende en adequate maatregelen heeft geïmplementeerd om aan de verplichtingen op grond van de Wwft te kunnen voldoen. Is dat niet het geval, dan zal de aanvrager in beginsel geen vergunning krijgen en zal hij zijn diensten niet in Nederland mogen aanbieden.

Conform de 5e AML Richtlijn zal DNB ook de geschiktheid en betrouwbaarheid van (mede)beleidsbepalers en toezichthouders van een aanbieder van een crypto exchange of crypto wallets toetsen.

Gevolgen
De crypto markt ontleende haar aantrekkingskracht lange tijd aan de anonimiteit en de beperkte regulering. Met het vaststellen van de 5e AML Richtlijn en de introductie van het monitoren van virtuele valuta’s, beoogt de Europese wetgever een evenwichtige en proportionele aanpak te bewerkstelligen, waarbij de technologische vooruitgang en de hoge mate van transparantie die zijn verwezenlijkt op het gebied van alternatieve financieringen en sociaal ondernemerschap te waarborgen. Deze aanpak zal naar verwachting al een grote impact hebben op de cryptomarkt, door de anonimiteit weg te nemen. Men kan zich echter afvragen of het aanvullende vergunningvereiste dat de Nederlandse wetgever wil gaan introduceren nog binnen deze evenwichtige en proportionele aanpak past.

Dit artikel is geschreven door:

Karen Berg

Volg ons op

Laatste nieuws