De-risking: welke rol is er voor de Nederlandse toezichthouder weggelegd?

Verschillende artikelen in het Financieel Dagblad hebben in de Tweede Kamer geleid tot discussie over de witwasregels. Daarnaast zijn er voldoende voorbeelden uit de praktijk waarbij financiële instellingen zwaar zijn beboet voor het overtreden van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieringen van terrorisme (hierna “Wwft”). Dit maakt dat financiële instellingen aan bepaalde cliënten überhaupt geen diensten (meer) verlenen, omdat er bij hen een (hoog) risico bestaat op witwassen en terrorismefinanciering. Wanneer een financiële instelling wegens een hoger risico op witwassen of terrorismefinanciering besluit om geen zakelijke relaties meer aan te gaan, zakelijke relaties met cliënten te beëindigen, of om een volledige categorie cliënten uit te sluiten, wordt er gesproken van “de-risking”. Omdat er volgens de European Banking Authority (hierna “EBA”) grote risico’s verbonden zijn aan de-risking, heeft de EBA een opinie en rapport gepubliceerd omtrent de-risking en de impact daarvan op toegang tot financiële diensten.

Op deze opinie en het rapport van EBA wordt ingegaan in de bijdrage gepubliceerd in Wolters Kluwer Vakblad Financiële Planning 2022/52. Hierbij wordt ingegaan op de voorstellen van EBA om de-risking te voorkomen. Ook wordt het kader in Nederland geschetst en zal worden ingegaan op mogelijkheden die in Nederland geïntroduceerd kunnen worden om de-risking te voorkomen.

Klik hier voor het hele artikel.

 

Dit artikel is geschreven door:

Danielle van de Vijver

Gidget Brugman

Volg ons op

Laatste nieuws